Vaccinaties voor je kat: wat doen ze precies?
Je kat is een speciaal lid van je familie, waar je goed voor wil zorgen. Naast het verzorgen, knuffelen en spelen met je kat, is het belangrijk om te weten welke diergeneeskundige zorg de gezondheid van je kat kan ondersteunen.
Of je nu een kitten hebt of een volwassen kat: vaccinaties (inentingen) kunnen daarbij helpen. Ze helpen om je kat te beschermen tegen ziekten die erg gevaarlijk kunnen zijn.
Wat doen vaccinaties precies? Welke vaccins zijn er voor katten? En waarom kan het per kat verschillen welke vaccinaties belangrijk zijn om je kat te beschermen tegen gevaarlijke kattenziekten? Je ontdekt het in dit uitgebreide artikel.
Article
Je dierenarts helpt je bij de zorg voor je kat
Om voor de gezondheid van je kitten of kat te zorgen, is je dierenarts onmisbaar. Je dierenarts is belangrijk voor betrouwbaar advies, gezondheidscontroles, vaccinaties en meer. Deze diergeneeskundige zorg blijft belangrijk wanneer je kitten is opgegroeid tot een volwassen kat. Hoe gezond je kat ook lijkt te zijn, de dierenarts kan helpen om dit zo te houden en om gezondheidsproblemen eerder te ontdekken.
Hoe kunnen vaccinaties helpen je kat gezond te houden?
Vaccinaties helpen het afweersysteem van je kat sterker te maken tegen gevaarlijke, mogelijk dodelijke kattenziekten. Bij een vaccinatie, komt je kat in contact met een verzwakte of dode vorm van de ziekteverwekker. Het afweersysteem gaat aan het werk om de indringer(s) te herkennen. En om antistoffen aan te maken, die helpen de ziekteverwekker onschadelijk te maken.
Komt je kat later in contact met de werkelijke ziekteverwekker? Dan is het afweersysteem al voorbereid om snel te reageren. Daardoor zal je kat er niet of veel minder ziek van worden.
Hebben binnenkatten vaccinaties nodig?
Als je een kat hebt die alleen binnen is, vraag je je misschien af of het nodig is om je kat te laten vaccineren. Hoewel binnenkatten minder kans hebben om ziekteverwekkers tegen te komen dan buitenkatten, kunnen vaccinaties zinvol zijn.
Binnenkatten kunnen namelijk ook in aanraking komen met ziekteverwekkers. Bijvoorbeeld doordat familieleden, bezoekers of andere huisdieren de ziekteverwekker meenemen na contact met een (soms ongemerkt) besmet dier. Bovendien kunnen sommige ziekteverwekkers via de lucht worden overgedragen. Daardoor hebben binnenkatten die zelf geen andere dieren tegenkomen, toch kans op besmettelijke kattenziekten.
Daarnaast, kunnen er ook voor binnenkatten momenten zijn, waarop ze buiten het huis komen. Zelfs de meest voorzichtige binnenkat kan per ongeluk naar buiten ontsnappen. Of misschien moet je kat naar een pension of worden opgenomen in een dierenkliniek. In deze situaties kan je kat in contact komen met andere (zwerf)dieren, die niet gevaccineerd zijn. En kunnen ze in aanraking komen met ziekteverwekkers.
Vaccinaties op maat voor jouw kat
Welke vaccinaties je dierenarts adviseert, hangt onder andere af van de leefstijl van je kat. Is je kat een binnenkat of komt je kat ook buiten? Gaat je kat naar het pension of mee op reis? Welke vaccinaties heeft je kat eerder gehad? Ook houdt je dierenarts rekening met de gezondheid van jouw kat. Vandaar dat je dierenarts altijd een gezondheidscontrole doet vooraf aan de vaccinatie. Regelmatige gezondheidscontroles kunnen bovendien helpen om gezondheidsproblemen eerder te ontdekken en de behandelen.
Kortom: vaccineren is altijd maatwerk, wat wordt afgestemd op jouw kat. Bij reizen naar het buitenland, deelname aan shows of verblijf in een pension, kunnen vaccinaties verplicht zijn.
Voordelen van het vaccineren van je kat
Het belangrijkste voordeel van vaccinaties is dat ze je kat helpen beschermen tegen gevaarlijke ziekten. Met een lagere kans op deze ziekten, is de kans groter dat je kat een langer en gezonder leven kan leiden.
Vaccineren is niet alleen goed voor je eigen kat, maar ook voor andere dieren en mensen in de buurt. Door je kat te laten vaccineren, help je voorkomen dat deze ziekten zich verspreiden. Sommige ziekten, zoals hondsdolheid, zijn zelfs gevaarlijk voor mensen. Met vaccinaties help je daarom meer dieren en mensen gezond te houden.
Tot slot zijn de kosten van vaccinaties veel lager dan de kosten die je maakt als je kat ziek wordt.
Kernvaccinaties: welke vaccins zijn het belangrijkst voor katten?
Of je nu een binnen- of buitenkat hebt, je dierenarts zal je helpen bij het bepalen van een geschikt vaccinatieschema wat past bij jouw kat. Daarbij houd je rekening met de leeftijd, gezondheid, leefstijl en andere risico's. Daardoor kan het per kat verschillen welke vaccinaties wanneer nodig zijn.
Toch worden bepaalde vaccinaties beschouwd als kernvaccinaties of basisvaccinaties. Deze zijn het meest belangrijk, omdat het risico groot is.
Het feline feline panleukopenie virus of feline parvovirus is erg besmettelijk en vaak dodelijk voor katten. Het veroorzaakt een ernstige beschadiging van het maagdarmstelsel en het afweersysteem. Deze ziekte wordt 'kattenziekte', 'kattenparvo' of 'feline infectieuze enteritis' genoemd.
Het feline herpesvirus is één van de belangrijkste oorzaken van niesziekte. Dit is een ontsteking van de bovenste luchtwegen, die plotseling kan ontstaan en waar je kat lang last van kan houden. Het virus blijft namelijk in het lichaam aanwezig. Daardoor kan je kat regelmatig last krijgen van terugkerende klachten.
Het feline calicivirus is een andere ziekteverwekker die niesziekte kan veroorzaken. Er zijn verschillende soorten van dit virus. Vaccinaties helpen je kat te beschermen tegen de meest gevaarlijke soorten.
Hondsdolheid (rabiës) is een dodelijke virusziekte die het zenuwstelsel beschadigt. Bovendien is het een zoönose. Dit betekent dat de ziekte op mensen kan worden overgedragen. Vaccinatie tegen rabiës is verplicht voor katten die uit het buitenland komen of die naar het buitenland gaan.
Aanvullende vaccinaties voor katten
Naast de kernvaccinaties, zijn er aanvullende vaccinaties mogelijk. Deze zal je dierenarts afstemmen op de leefstijl en andere risico's die voor jouw kat gelden.
Bordetella bronchiseptica is een bacterie die luchtwegproblemen kan veroorzaken bij je kat. Vaccinatie wordt aangeraden of verplicht in situaties met een hoog risico. Zoals een verblijf in een pension of het deelnemen aan kattenshows. Deze vaccinatie kan in de vorm van een neusdruppel worden gegeven.
Het feline leukemie virus (FeLV) wordt onder andere overgedragen via het speeksel. Katten kunnen elkaar besmetten wanneer ze elkaar wassen, eet- of drinkbakjes delen of elkaar bijten. Ook kan het virus tijdens de dekking worden overgedragen. Kittens kunnen vervolgens al in de baarmoeder besmet raken. Het virus veroorzaakt problemen in het afweersysteem en vergroot de kans op tumoren.
Katten die met meerdere katten in huis leven of katten die buiten komen, hebben het meeste risico op deze ziekte. Ook voor katten waarmee gefokt wordt kan vaccinatie tegen FeLV zinvol zijn.
Chlamydophila felis is een bacterie die luchtwegproblemen en oogonstekingen bij katten veroorzaakt. Vaccinaties tegen deze bacterie worden vooral gegeven aan katten die met meerdere katten samenleven. Zoals in asiels of in een huishouden waarin meerdere katten besmet zijn geraakt.
Wanneer krijgen katten hun vaccinaties?
Kittens krijgen hun eerste vaccinatie tegen kattenziekte en niesziekte voor het eerst op een leeftijd van 6 tot 9 weken. Deze vaccinatie wordt nog twee keer herhaald, steeds met een tussenpoos van zo'n 3 tot 4 weken. Dit noemen dierenartsen ook wel 'boosteren'.
Het herhalen van vaccinaties bij kittens, vergroot de kans op een goede bescherming. Dat heeft te maken met de eerste moedermelk. Daarin zitten antistoffen (afweerstoffen) die het kitten helpen beschermen. Deze antistoffen raakt het kitten na een paar weken tot maanden langzaam kwijt. Wanneer precies verschilt per kitten. Zijn er nog veel antistoffen nog aanwezig op het moment van vaccinatie? Dan bouwt het kitten misschien zelf nog geen goede bescherming op. Bij een volgende vaccinatie, is de kans groter dat het wél lukt. Toch wordt al jong begonnen met vaccinaties, omdat sommige kittens de antistoffen van hun moeder al vroeg verliezen.
Na de eerste kittenvaccinaties, moeten sommige vaccinaties jaarlijks worden herhaald voor een goede bescherming. Dit is meteen een mooi moment voor een gezondheidscontrole. En om na te gaan of jouw kat aanvullende vaccinaties nodig heeft in het komende jaar. Gaat je kat naar shows of naar een pension, dan kan de Bordetella bronchiseptica vaccinatie nodig zijn. Voor reizen naar het buitenland is vaccinatie tegen hondsdolheid verplicht.
Voorbeeld van een kernvaccinatieschema voor kittens
Kattenziekte (feline panleukopenievirus) en niesziekte (herpesvirus, calicivirus):
6-9 weken oud
Eerste vaccinatiemoment
10-12 weken oud
Tweede vaccinatiemoment (booster)
14-16 weken oud
Derde vaccinatiemoment (booster)
Vaccinatie tegen hondsdolheid (rabiës) kan worden gegeven vanaf 12 weken. Het kan per vaccin verschillen wanneer de vaccinatie herhaald moet worden.
Voor reizen van en naar het buitenland is vaccinatie tegen rabiës verplicht. Daarnaast kunnen landen nog meer eisen stellen aan het reizen met dieren. Informeer daarom zo vroeg mogelijk wat er nodig is als je plannen maakt om je kat mee te nemen naar het buitenland.
Voorbeeld van een kernvaccinatieschema voor volwassen katten
Panleukopenie-, herpesvirus- en calicivirusvaccins: Na de serie kittenvaccinaties, worden deze vaccinaties herhaald als je kat één jaar oud is. Daarna verschilt het per vaccin, hoe vaak het herhalen wordt aanbevolen (jaarlijks of eens per drie jaar).
Hondsdolheidvaccin: Wanneer je kat gevaccineerd wordt tegen hondsdolheid, verschilt het per vaccin wanneer dit herhaald moet worden.
Welke bijwerkingen kan je kat ervaren na vaccinatie?
Vaccinaties zijn uitgebreid onderzocht op hun veiligheid en werking voordat ze door dierenartsen gebruikt mogen worden. Maar zoals met alle medicijnen, is er een kans dat je kat bijwerkingen ervaart. De meeste bijwerkingen van kattenvaccins zijn mild en gaan vanzelf weer over. Heeft je kat klachten na de vaccinatie waar je je zorgen over maakt? Neem dan contact op met je dierenarts.
Bijwerkingen van vaccinaties bij katten kunnen zijn:
- Plaatselijke zwelling en pijn: Lichte zwelling, roodheid of pijn op de plaats van de prik, komt regelmatig voor en verdwijnt meestal vanzelf.
- Lichte koorts: Sommige katten ontwikkelen kort na de vaccinatie een lichte koorts. Dit is een natuurlijke reactie van het afweersysteem. Meestal is het onschuldig en gaat het vanzelf over.
- Sloomheid: Meestal is dit van korte duur. Het zou binnen ongeveer een dag moeten verdwijnen.
- Minder eetlust: Dit hoort van korte duur te zijn. Duurt het langer dan 1 tot 2 dagen? Overleg dan met je dierenarts.
- Niezen, licht hoesten na neusdruppelvaccins: Dit verdwijnt meestal binnen één tot twee dagen.
- Allergische reacties: Heel soms kunnen katten een allergische reactie hebben op bepaalde stoffen in het vaccin. Tekenen van een allergische reactie zijn onder andere: zwelling van de kop, bultjes op het lichaam (netelroos) en ademhalingsproblemen. Ook overgeven en diarree is mogelijk. Allergische reacties kunnen ernstig zijn. Je dier heeft direct hulp nodig van een dierenarts.
- Feline injection site sarcoma (FISS): dit is een zeldzame, agressieve vorm van kanker die kan ontstaan op de plaats van de prik (injectie). Terwijl een onschuldige zwelling meestal snel over gaat, is dit bij een FISS niet het geval. Het gebeurt niet vaak, maar neem contact op met je dierenarts als je kat een knobbel krijgt die niet weggaat.
Hoewel elk vaccin bijwerkingen kan hebben, hebben de meeste katten geen enkele bijwerking na een vaccinatie.
Vaccinaties helpen je kat te beschermen tegen gevaarlijke ziekten. De voordelen zijn in de meeste gevallen groter dan de kans op bijwerkingen. Heeft je kat toch ergens last van na de vaccinatie? Of heb je vragen over de vaccinaties van jouw kat? Neem dan contact op met je dierenarts voor advies op maat voor je kat. Je dierenarts helpt je graag bij het zo gezond mogelijk houden van jouw maatje.
Gerelateerde artikelen
Immuniteit van je kitten
Ontwikkeling van je kitten tot volwassen kat
Like & deel deze pagina